Hoe herkent u deze ziekte en wat zijn de behandelingsmogelijkheden?
Één op de 5 mensen heeft te maken met dementie
Vergeetachtig of dement
Vergeetachtig is iedereen wel eens, men kan zich dan tijdelijk iets niet herinneren. Dementie is minder onschuldig. Wie dement is, heeft geen toegang meer tot bepaalde informatie in de hersenen.
Vergeten waar de sleutels liggen, niet op iemands naam kunnen komen, de trap op lopen en niet meer weten waarom u ook alweer naar boven moest: vergeetachtig is iedereen wel eens. Vergeetachtigheid is een normale geheugenklacht en er is weinig aan te doen. Het kan soms vervelend zijn, maar zodra het antwoord u te binnen schiet, is het probleem opgelost. Kortom, vergeetachtigheid heeft geen grote invloed op ons dagelijks leven.
Geen vs. veel invloed op het dagelijks leven
Bij dementie is dat heel anders. Bij mensen met dementie schiet het antwoord niet meer te binnen. Iemand met gevorderde dementie kan niet meer op de naam van een kennis komen en herkent hem of haar zelfs niet meer. Al dit soort informatie verdwijnt uit het geheugen of is niet meer toegankelijk voor de patiënt. Dementie is van grote invloed op het dagelijks leven van de patiënt. Het huishouden, de financiën, zelfstandig een ommetje maken; het wordt steeds moeilijker.
Dementerenden vergeten niet alleen kennis, maar ook vaardigheden die ze eerder hebben geleerd. Van grote, ingewikkelde zaken tot dagelijkse dingen als het smeren van een boterham. Zulke zaken verdwijnen of zijn niet meer oproepbaar.
Doe de geheugentest
Maakt u zich zorgen over uw geheugen of het geheugen van iemand anders? Doe dan de geheugentest die Alzheimer Nederland ontwikkelde. De test stelt vanzelfsprekend geen diagnose, maar geeft een indicatie van de eventuele achteruitgang van het geheugen. U bepaalt zelf of de resultaten aanleiding geven een bezoek te brengen aan de huisarts. U vindt de test op www.geheugentest.nl.
Oorzaken van dementie
Er zijn verschillende oorzaken van dementie. De ziekte van Alzheimer is de meest voorkomende oorzaak. Minder bekend zijn vasculaire, frontotemporale dementie en Dementie met Lewy-Bodies.
De ziekte van Alzheimer
De ziekte van Alzheimer is de meest voorkomende oorzaak van dementie, in ruim 70% van de gevallen van dementie gaat het om de ziekte van Alzheimer. Er wordt volop onderzoek gedaan naar deze ziekte. Zodoende weten we onder meer dat de ziekte van Alzheimer zeer waarschijnlijk ontstaat door een stapeling van schadelijke eiwitten (Amyloïd-beta en Tau) tussen (Amyloïd-beta) en in (Tau) de zenuwcellen van de hersenen. Deze eiwitten worden niet goed afgebroken en belemmeren de functie van de zenuwencellen. De hersenen kunnen zo niet meer goed functioneren, waardoor de zenuwcellen afsterven. Dat proces is onherroepelijk, afgestorven zenuwcellen worden nooit meer gezonde, werkende zenuwcellen. Bij patiënten met de ziekte van Alzheimer staan vaak geheugenproblemen op de voorgrond.
Vasculaire dementie
Een andere vorm van dementie is vasculaire dementie. Vasculair betekent ‘met betrekking tot de bloedvaten’. Vasculaire dementie ontstaat door schade aan de hersenen door problemen met de bloedvaten van de hersenen. Mensen die bijvoorbeeld een herseninfarct of hersenbloeding hebben gehad, kunnen denkstoornissen ontwikkelen als gevolg van de schade aan de hersenen. Maar ook de schade aan de kleine bloedvaatjes van de hersenen, zichtbaar als lacunaire infarctjes of witte stof afwijkingen, kan gepaard gaan met denkproblemen. Vaak staan bij vasculaire dementie traagheid van denken, spreken en handelen op de voorgrond.
Frontotemporale dementie
Frontotemporale dementie wordt veroorzaakt doordat de frontale en/of de temporale hersenkwab zijn beschadigd. Deze gebieden in de hersenen zijn verantwoordelijk voor onze besluitvorming en coördinatie en voor onze emotionele reacties en taalvaardigheid. Mensen met frontotemporale dementie hebben dan ook vooral last van veranderingen in gedrag en persoonlijkheid en ervaren taalstoornissen en problemen met de regulatie van emoties. Er zijn verschillende abnormale eiwitten die verantwoordelijk kunnen zijn voor de hersenkwab-beschadiging.
Lewy-Body dementie
Bij dementie met Lewy-Bodies worden er ophopingen van het eiwit alfasynucleïne in de hersencellen gevonden. Deze ophopingen worden Lewy-Bodies genoemd. De mate van klachten die mensen met dementie met Lewy-Bodies ervaren, kunnen wisselen van moment tot moment. Bij deze vorm treden naast denkstoornissen ook met name visuele hallucinaties en Parkinson-achtige symptomen (trillen, langzaam bewegen en stijfheid) op.
Diagnoses
Dementie wordt vastgesteld na een aantal onderzoeken. De arts vraagt de klachten uit bij de patiënt en de partner, voert onderzoek uit in de spreekkamer, er volgen neuropsychologische testen, een MRI-scan van de hersenen en in sommige gevallen wordt ook het hersenvocht -verkregen via een ruggenprik- in het laboratorium onderzocht.
Eerst naar de huisarts
Het vaststellen van dementie is niet eenvoudig, er zijn veel onderzoeken nodig om de diagnose te kunnen stellen. De meeste patiënten komen eerst terecht bij de huisarts. Deze stelt vragen aan de patiënt en aan mensen uit de directe omgeving en verricht bloed- en urine-onderzoek om andere zaken (bijvoorbeeld verkeerd medicijngebruik of een depressie) uit te sluiten. Door deze gesprekken en onderzoeken kan de huisarts een goed beeld krijgen van de situatie. De arts kan de patiënt vervolgens doorverwijzen naar een specialist of besluiten dat het beter is om nog even af te wachten.
Oorzaak van dementie vaststellen
Na doorverwijzing doet een specialist cognitief neurologisch en neuropsychologisch onderzoek. Na uitgebreid onderzoek kan de specialist de diagnose dementie al dan niet bevestigen. Blijkt het om dementie te gaan, dan kan de specialist ook de oorzaak vaststellen. Het is belangrijk om een specifieke diagnose te stellen, dat kan een hoop onrust wegnemen. Bovendien kan na de diagnose eventueel gestart worden met passende medicatie om de symptomen te bestrijden. Door een vroege diagnose kunnen patiënten nog zaken regelen voor de toekomst, iets wat in een later stadium van de ziekte steeds moeilijker wordt.
Behandeling
Er is helaas nog geen medicijn dat de ziekte van Alzheimer voorkomt of kan stoppen. Er zijn wel medicijnen die de symptomen bestrijden. De ziekte ontwikkelt zich wel verder, maar de patiënt ervaart minder klachten. Deze medicatie heeft echter niet bij iedere patiënt het gewenste effect en wordt om deze reden dan ook niet altijd gebruikt.
Vier medicijnen tegen de ziekte van Alzheimer
In Nederland zijn vier medicijnen verkrijgbaar om de symptomen van de ziekte van Alzheimer te verminderen: galantamine, donepezil, rivastigmine en memantine. Deze medicijnen kunnen ontstane schade aan de hersenen niet terugdraaien, maar kunnen de gevolgen en symptomen van de ziekte beperken. Daardoor verbetert in sommige gevallen het dagelijks functioneren. De positieve effecten en bijwerkingen van de medicijnen zijn per persoon verschillend, wat voor de ene patiënt goed werkt, levert voor de ander nauwelijks een verbetering op en kan tevens voor vervelende bijwerkingen zorgen.
Medicijnen tegen bijkomende symptomen van dementie
Daarnaast kunnen er medicijnen voorgeschreven worden om bijkomende symptomen van de ziekte van Alzheimer te verminderen. Er kunnen bijvoorbeeld pijnstillers worden ingezet als een patiënt veel pijn heeft, of slaapmiddelen als een patiënt slapeloos is of middelen tegen achterdocht of agressie. Een nadeel van deze medicijnen is met name de kans op bijwerkingen. Ook die verschillen per patiënt.